Nr. 190 (Adviesaanvragen)

Voordat wordt overgegaan tot een adviesaanvraag bij een ander adviesorgaan dan de Afdeling advisering van de Raad van State van het Koninkrijk (zie daarover nr. 192), dient (dienen) de Gevolmachtigde Minister(s) van het land (de landen) waar de algemene maatregel zal gelden desgevraagd te hebben meegedeeld dat hij geen bezwaar heeft (onderscheidenlijk: zij geen bezwaar hebben) tegen de adviesaanvraag. Een Gevolmachtigde Minister kan een dergelijke mededeling slechts doen nadat de regering van zijn land daarmee heeft ingestemd. De betreffende landsregering moet daarover op haar beurt haar Raad van Advies hebben gehoord.

Vooroverleg met de Gevolmachtigde Minister(s) omtrent de openbaarmaking van de adviezen is sterk aan te bevelen, gelet op artikel 10, tweede lid, onderdeel a, van de Wet openbaarheid van bestuur (vergelijk ook nr. 113). Het vooroverleg kan evenwel achterwege blijven, indien de ontvangen adviezen geen zaken inhouden die van direct belang zijn voor de Caribische landen van het Koninkrijk. In dat geval wordt volstaan met toezending van de adviezen aan de Gevolmachtigde Ministers.

Laatst gewijzigd op: 4-9-2018